Overige baten en lasten

Financiële toelichting

Naast de loon- en prijsstijging 2023 en de vastgestelde begrotingswijzigingen lichten wij bijgaande financiële verschillen op dit thema toe.

• Voor 2022 en 2023 is een bedrag van respectievelijk € 176.000 en € 184.000 beschikbaar gesteld uit de reserve NN2040. Tevens is in dit kader een bedrag van € 150.000 overgeheveld vanuit 2021 ten laste van de reserve NN2040.
• Op het budget van het BTW-compensatiefonds is ten opzichte van 2022 een verschil van € 173.000 te zien, wat veroorzaakt wordt door hogere lasten op de kosten voor met name investeringen op afval en riool.
• Voor de uitbreiding van formatie in het kader van mobiliteit wordt verwacht dat dit kan worden terugontvangen uit anterieure overeenkomsten. Deze inkomsten staan hop dit thema geraamd voor een bedrag van € 97.000 vanaf 2024.
• In 2022 is een bedrag van € 200.000 beschikbaar gesteld uit de reserve NN2040 voor placebranding. Tevens is een bedrag van € 82.000 in dit kader overgeheveld vanuit 2021.

• In 2024 e.v. is de verwachting dat de inkomsten ten opzichte van 2022 voor de Specifieke uitkering Sport (SPUK) € 151.000 lager zijn dan de jaren ervoor. Dit betekent ook dat de kosten hiervoor op het thema's  Sport en Accommodaties hiervoor lager zullen zijn. E.e.a. is budgettair neutraal.
• Voor de verdeling van de personele lasten naar de verschillende thema’s zijn de capaciteitsplannen voor de begroting 2023-2026 geactualiseerd. Dit leidt ertoe dat op de thema’s verschillen op de lasten te constateren zijn. Voor de totale begroting is dit echter budgettair neutraal.
• Op de personeelslasten is er in de begroting 2023 een structureel voordeel van € 580.000 op de salariskosten personeel (0,95% van de totale personeelslasten) en een voordeel van € 33.000 op lasten voor college en raad. In vorige jaren was reeds een stelpost opgenomen voor afwijkingen in de loon- en prijsontwikkelingen.  Deze stelpost bedraagt € 217.000 structureel. Dit maakt het totaal voordelig analyse verschil € 830.000 structureel. Dit voordeel heeft een bestemming welke in de paragraaf Bedrijfsvoering onder Onze mensen en middelen staat uitgewerkt.
• De omvang van de organisatie van Nissewaard, maakt dat er jaarlijks met enkele medewerkers afspraken gemaakt / regelingen getroffen worden om de arbeidsovereenkomst te kunnen beëindigen. Dit zorgt er veelal voor dat langdurige kosten worden vermeden en/of capacitaire knelpunten opgelost kunnen worden. De huidige reserve is op basis van de gemaakte kosten van de afgelopen jaren ontoereikend om deze kosten te kunnen dekken. In de perspectiefnota 2023 is vanaf 2024 structureel budget geraamd voor deze kosten (flankerend beleid). Voor 2023 wordt nog incidenteel € 400.000 in de begroting opgenomen ten laste van het voordelig analyseverschil op de personele lasten. De resterende reserve Flankerend beleid kan dan gebruikt worden om incidentele pieken in de lasten op te vangen.
• Het aantal panden en inwoners fluctueert van jaar tot jaar. Hoewel dit op het totaal van beperkte omvang is, kan dit wel extra lasten voor de gemeente met zich meebrengen alsook extra baten. Zo zal bijvoorbeeld het bouwen van extra woningen leiden tot een groter gebied dat beheert moet worden. Daar staat dan weer tegenover dat de extra woningen en inwoners leiden tot een hogere algemene uitkering en meer OZB-inkomsten. Een en ander vice versa bij een daling van het aantal woningen en inwoners. Dit betekent dat in de Perspectiefnota 2023 voor de periode 2023-2026 is opgenomen dat de verwachte OZB niet-woningen structureel stijgt met € 108.000, de OZB woningen inkomsten stijgen, oplopend met € 251.000 in 2023 tot € 421.000 in 2026. De stelpost Areaalmutaties wordt hierdoor verhoogd, oplopend van in 2023 met € 68.000 tot € 238.000 in 2026.
• Ten opzichte van 2022 neemt de stelpost innovatie en investeringen toe met € 150.000.